Mag een werkgever zich bedenken?
Op 15 maart 2023 heeft de kantonrechter van de rechtbank Midden Nederland uitspraak gedaan in een zaak waarin een werkgever een werknemer eerst had laat weten de arbeidsovereenkomst te willen verlengen, maar zich vervolgens toch heeft bedacht. De werknemer vond dat de werkgever het aanbod niet had mogen intrekken en stapt naar de rechter.
De casus
Op 1 juni 2021 is werknemer op basis van een jaarcontract in dienst getreden bij werkgever. In een gesprek op 4 mei heeft werkgever aan werknemer laten weten dat het dienstverband na 31 mei 2022 zou worden verlengd. Op 12 mei 2022 heeft werknemer van haar werkgever via DocuSign een door haar ondertekend aanbod gestuurd voor de verlenging van de arbeidsovereenkomst voor de duur van één jaar.
Vervolgens is er op 18 mei 2022 gesproken over de verlenging van de arbeidsovereenkomst. Werknemer heeft daarbij verzocht om een vast contract, maar dat wilde werkgever niet. Er is toen toegezegd dat in september 2022 zal worden beoordeeld of het tijdelijke contract alsnog zou worden omgezet in een vast contract. Werknemer voert aan dat zij na deze toezegging alsnog mondeling heeft ingestemd met een verlenging voor bepaalde tijd, per 1 juni 2022. Maar (de directeur van) werkgever betwist dit: werknemer zou niet één keer hebben aangegeven dat zij blij was met het aanbod en dat zij het contract zou gaan tekenen.
Op dezelfde dag, ook op 18 mei 2022, heeft werkgever de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd op DocuSign ongeldig gemaakt met als reden ‘verlopen’. Hiervan ontving werknemer een melding van DocuSign. De volgende dag stuurt werknemer aan HR: “Oh damn Jo! Ik ben te laat!!! Zou je het nog eens kunnen versturen?” Op diezelfde dag, 19 mei 2022, heeft werknemer (de directeur van) werkgever in een gesprek op kantoor verteld dat ze zwanger was. Op vrijdag 20 mei 2011 werkte werknemer thuis.
De maandag erna kreeg de werknemer op kantoor te horen dat het aanbod voor verlenging van de arbeidsovereenkomst was ingetrokken, dat de arbeidsovereenkomst op 31 mei 2022 zou eindigen en dat zij tot die tijd op non-actief werd gesteld.
De werknemer laat het er niet bij zitten en stapt naar de rechter. Zij vordert primair nakoming van de (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd en betaling van haar salaris vanaf 1 juni 2022, te vermeerderen wettelijke verhoging en wettelijke rente. Subsidiair vordert ze een schadevergoeding, omdat de werkgever onrechtmatig heeft gehandeld door in strijd met de gelijke behandeling van mannen en vrouwen de arbeidsovereenkomst na 1 juni 2022 niet te verlengen.
Overeenkomstenrecht
Om te beoordelen of de arbeidsovereenkomst na het einde van de oorspronkelijke looptijd is doorgelopen of niet heeft de kantonrechter in de eerste plaats gekeken of vastgesteld kan worden of er op 18 mei 2022, dus voor de intrekking van het aanbod, al een overeenkomst tot stand is gekomen. Een overeenkomst, en dus ook een arbeidsovereenkomst, komt tot stand door aanbod en aanvaarding. Dit kan mondeling of schriftelijk gebeuren. De kantonrechter heeft daarbij geoordeeld dat niet kan worden vastgesteld dat er tijdens het gesprek op 18 mei al een aanvaarding van het op 12 mei 2022 door de werkgever gedane aanbod heeft plaatsgevonden. Het was immers het woord van de werknemer tegen het woord van de werkgever.
Hoewel een aanbod in beginsel ingetrokken kan worden, zolang het niet aanvaard is, oordeelde de kantonrechter uiteindelijk toch dat de werkgever als goed werkgever het aanbod in dit specifieke geval niet had mogen intrekken.
Arbeidsrecht
De kantonrechter heeft daarbij overwogen dat de werkgever het aanbod op woensdag 18 mei aan het einde van de dag, dus vóórdat werkgever wist dat werknemer zwanger was, weliswaar het aanbod ongeldig heeft gemaakt, maar dat de werkgever pas op 23 mei 2022 aan de werknemer heeft
De kantonrechter heeft daarbij overwogen dat de werkgever het aanbod op woensdag 18 mei aan het einde van de dag, dus vóórdat werkgever wist dat werknemer zwanger was, weliswaar het aanbod ongeldig heeft gemaakt, maar dat de werkgever pas op 23 mei 2022 aan de werknemer heeft laten weten dat het aanbod was ingetrokken en de werknemer ook toen pas op non-actief heeft gesteld.
Volgens de kantonrechter had de werknemer niet uit de automatisch gegenereerde melding op 18 mei 2022 van DocuSign dat het document ongeldig was verklaard omdat het was verlopen kunnen afleiden dat de werkgever haar aanbod had ingetrokken, temeer omdat de werknemer op en na 18 mei 2022 in de veronderstelling gelaten dat de verlenging een feit was.
Als de werkgever al op 18 mei 2022 had besloten het aanbod definitief in te trekken, had het in de rede gelegen dat werknemer hiervan in het gesprek op 19 mei 2022 op de hoogte was gebracht. Dat heeft werkgever niet gedaan. Door dit pas op 23 mei 2022 te doen, nadat werkgever wist van de zwangerschap, bestaat het vermoeden dat werkgever het aanbod tot verlenging van de arbeidsovereenkomst heeft ingetrokken vanwege haar zwangerschap. Onder deze omstandigheden stond het werkgever dus niet vrij om het aanbod in te trekken.
Omdat de werknemer het aanbod heeft aanvaard, is er met ingang van 1 juni 2022 een verlenging van de arbeidsovereenkomst tot stand gekomen voor de duur van één jaar en heeft de kantonrechter de vordering tot doorbetaling van het loon vanaf 1 juni 2022 dan ook toegewezen. De volledige uitspraak kunt u hier teruglezen.
Goed werkgeverschap
Op basis van artikel 7:611 BW dient een werkgever dient zich te gedragen als een goed werkgever. Goed werkgeverschap is een fundamenteel onderdeel van het arbeidsrecht en wordt vaak als vangnet gebruikt wanneer een gedraging van de werkgever niet onder een ander artikel geschaard kan worden. Alles wat een werkgever doet, kan in strijd zijn met goed werkgeverschap.
Het goed werkgeverschap is omgeven door rechtspraak. De jurisprudentie verandert steeds en juist in een specifiek geval, is een specifieke aanpak nodig. Het is daarom altijd verstandig om bij een dreigend conflict eerst advies in te winnen bij een van onze advocaten.
Onze advocaten
Ons kantoor behandelt met specialistische juridische deskundigheid uiteenlopende juridische kwesties.
Mr. R.E. Izeboud
Advocaat
Mr. A. J. Flipse
Advocaat
Mr. A.M.C.C. Verblackt
Advocaat