Mondeling vonnis
Een wenselijke trend?
Goede rechtspraak vraagt niet alleen om kundige rechters, maar ook om tijdige behandeling van zaken en voorspelbaarheid van het verloop van procedures. Rechtzoekenden moeten op tijd weten wat ze kunnen verwachten, zodat ze verder kunnen met hun leven. Verbetering van de doorlooptijden en vergroting van de voorspelbaarheid zijn daarom prioriteiten van de Rechtspraak.
Mondeling vonnis als “versneller” van de doorlooptijden
Dat is in beginsel natuurlijk een positieve ontwikkeling, want niemand wordt er vrolijk van als vonnissen steeds weer worden uitgesteld en een rechtzoekende uiteindelijk (meer dan) twee jaar moet wachten op een uitspraak van de rechter. Maar zijn de daarbij door de Rechtspraak gemaakte keuzes wel zo wenselijk en gaat het streven naar tijdige rechtspraak niet ten koste van de kwaliteit van de rechtspraak en het vertrouwen van rechtzoekenden in de Rechtspraak?
Een van de door de Rechtspraak gehanteerde “versnellers” is het zogenaamde mondelinge vonnis. Als partijen tijdens de mondelinge behandeling van de zaak geen schikking weten te treffen, kan de rechter direct mondeling uitspraak doen. Dat lijkt fijn, omdat beide partijen dan meteen weten waar ze aan toe zijn, maar in de praktijk blijkt toch vaak dat partijen hier niet op zitten te wachten en het uiteindelijk alleen maar tot frustratie leidt en onvrede brengt.
De praktijk
Het is om meerdere redenen onwenselijk dat de verliezende partij tijdens de mondelinge behandeling in het bijzijn van de tegenpartij te horen krijgt dat hij of zij de zaak verliest. In de eerste plaats zal men zijn of haar emoties moeten inhouden. Je gaat in de rechtszaal immers niet vloeken, schreeuwen of huilen. Daarnaast gaat de verliezende partij bij een mondeling vonnis voor zijn of haar gevoel publiekelijk af. Tenslotte is de verliezende partij niet altijd (voldoende) voorbereid op een eventuele negatieve uitspraak.
Het is daarom van belang dat niet alleen gekeken wordt of een zaak zich in het algemeen leent voor een mondeling vonnis, maar tevens naar de soort zaak en de verstandhouding tussen partijen. Indien partijen een doorlopende relatie/rechtsverhouding hebben, omdat zij familie of buren zijn, of omdat zij een doorlopende overeenkomst zijn aangegaan, zoals een arbeidsovereenkomst, of de zaak om welke reden dan ook emotioneel beladen is, dient mijns inziens per definitie niet gekozen te worden voor mondeling vonnis.
Daarnaast kleven er ook procesrechtelijke nadelen aan het mondelinge vonnis.
Hoewel een mondeling vonnis minder uitgebreid hoeft te zijn dan een schriftelijk vonnis, zullen de gronden van de beslissing, waaronder begrepen de feiten waarop de beslissing rust moeten worden vermeld. Dit betekent dat de rechter hierover reeds voor de mondelinge behandeling al goed moet hebben nagedacht en voor de mondelinge behandeling wellicht al een opzetje moet hebben gemaakt voor het uit te spreken vonnis.
De mondelinge behandeling is, sinds de schriftelijke repliek en dupliek meer uitzondering dan regel is geworden, bovendien het eerste en enige moment waarop de eisende partij inhoudelijk kan reageren op de feiten en stellingen die door de gedaagde partij zijn aangevoerd bij conclusie van antwoord. De mondelinge behandeling is hierdoor een zeer belangrijk onderdeel van het proces geworden.
Omdat de eisende partij voor de mondelinge behandeling nog niet heeft kunnen reageren op de conclusie van antwoord, kan de rechter zich voor de mondelinge behandeling dus geen volledig beeld vormen van de feiten. Hierdoor is het dus onwenselijk dat de rechter voor die mondelinge behandeling zijn of haar eindoordeel al (in concept) klaar heeft.
Een mondeling vonnis dient vervolgens binnen twee weken na het uitspreken tijdens de mondelinge behandeling schriftelijk te worden bevestigd in een proces verbaal. Dit betekent dat de rechter hoe dan ook zijn uitspraak binnen twee weken schriftelijk moet bevestigen.
Het alternatief
Waarom kunnen rechters in de gevallen waarin zij nu mondeling vonnis wijzen niet gewoon binnen twee weken na de mondelinge behandeling een schriftelijk vonnis wijzen? Die twee weken maken voor de rechtszoekenden echt niet uit. Hetzelfde geldt overigens voor een langere termijn. De rechter dient zich dan echter wel aan die termijn te houden en die termijn niet, zoals nu bijna standaard gebeurt, een aantal maal te verlengen.
De onrust en ontevredenheid over de lange doorlooptijd, komt naar mijn mening ook vooral voort uit het continue verlengen van de beslistermijnen en de onzekerheid over wanneer men uiteindelijk een vonnis kan verwachten. Als de zaak ingewikkeld is, heeft een rechtszoekende er echt wel begrip voor als het vonnis langer op zich laat wachten. Zolang de termijn maar duidelijk vooraf gecommuniceerd wordt en binnen die termijn ook daadwerkelijk vonnis gewezen wordt. De focus dient dan ook niet zozeer te liggen op het versnellen van de doorlooptijd door het wijzen van mondeling vonnis, maar op duidelijkheid en het houden aan afspraken (voorspelbaarheid).
Uiteraard blijft het van belang dat er binnen de Rechtspraak ook gekeken wordt naar verbetering van de doorlooptijden en vergroting van de voorspelbaarheid. Maar daarin is mijns inziens meer te halen, door de interne organisatie en planning van de lokale Gerechten aan te passen.
Zo zou de rechter meer de kans moeten krijgen om direct na de mondelinge behandeling zijn of haar vonnis te schrijven. Als het goed is, heeft de rechter de zaak voor de mondelinge behandeling inhoudelijk immers al goed bestudeerd. Na een half jaar zal hij of zij zich opnieuw in de zaak moeten inlezen. Dit zorgt niet alleen voor extra werk voor de rechtspraak, maar hierdoor kunnen nuances die tijdens de mondelinge behandeling zijn aangebracht door partijen ook verloren gaan.
Daarnaast kan de rechter, wanneer hij of zij direct het vonnis zal kunnen schrijven, ook een reële inschatting maken van de tijd die hij of zij nodig heeft om het vonnis te schrijven, zodat hij of zij partijen ook een reële termijn kan geven waarbinnen hij of zij vonnis zal wijzen.
Onze advocaten
Ons kantoor behandelt met specialistische juridische deskundigheid uiteenlopende juridische kwesties.
Mr. R.E. Izeboud
Advocaat
Mr. A. J. Flipse
Advocaat
Mr. A.M.C.C. Verblackt
Advocaat